woensdag 19 juni 2013

Garfield

Dus vandaag maar dan in 1978 is Garfield op het toneel verschenen. Het is me toen niet zo opgevallen, ik had een kind van net een jaar dat pas veel later een rood katertje kreeg en het Kruimel noemde.

Een rode kater is net geen witte schimmel, want rode poezen schijnen hoewel zeldzaam, ook voor te komen. Hoe dan ook, de onze was eigenlijk niet rood maar roze, tijdig gecastreerd zal ik maar zeggen. Door een Garfield opgevoed is hij we degelijk, trouwens Die was liefdevol opgevangen uit een Leids studentenhuis en heeft nog een luizenleven gehad in Brabant. Tijdens een gezamenlijke vakantie op de Veluwe leerde hij ons poesje kennen, en hij nam zijn neefje voortvarend onderhanden teneinde hem goede manieren te leren. Daaronder het verbod om bejaarde katers te zieken.

Later kregen we er zelf een poes bij. Een zwarte, afgekomen op de barbecue van de buren. Daar zo verwend, dat zij niet meer weg wilde. Het was vakantieseizoen, en er is niemand komen opdagen om haar terug te eisen. Bij de buren kon zij ook niet blijven, die hadden zelf een dove poes die geen leven zou hebben met de indringer erbij. Het was een bazige kat, dat heeft ook onze poes gemerkt. Voor straf kreeg de zwarte de roepnaam "Maij" naar de toenmalige minister van Verkeer en Waterstaat van CDA-huize, die ook niet met zich wilde laten spotten.

Ze had geen last van een groot gevoel van basisveiligheid. Lag ze op schoot huiselijk geaaid te worden, dan geloofde ze haar eigen geluk niet en besloot zonder aanleiding en zonder aankondiging grommend weg te vluchten, als het lukte nog even bijtend en krabbend. Wij dachten aan de dierendokter, die een gespleten gehemelte had gezien en had toegeschreven aan mishandeling (of een ongeluk). Het kostte even geduld, maar poes is ons gaan vertrouwen. Het werd nog heel gezellig. Deze poezen kregen geen nageslacht. De echte Maij wel. Met gevolgen. Dochter Hester kwam ik tegen als wethouder in Amsterdam. Zus Marit zit nu voor de PvdA in de Kamer. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten