vrijdag 13 september 2013

rust

"Toch sprak hij rustig, omdat hij normaal gesproken niet met mensen communiceert." Dat is een zinnetje waarover ik eens rustig moet nadenken. Een jongen van twintig duikt op in de bewoonde wereld van Siberië na door zijn ouders verlaten te zijn. Vrijwel zijn hele leven heeft hij in een modderhutje in de wildernis geleefd, maar nu is hij tevoorschijn gekomen, bang voor de eenzaamheid van de naderende winterkou.

Het kan ter plekke op zijn ergst zelfs een graad of zeventig onder nul worden, leer ik uit dit internetbericht. Begrijpelijk dus dat de jongen wat meer warmte zocht. Maar die heeft hij niet gevonden, hij heeft zichzelf het bos weer ingestuurd. Eerlijk gezegd denk ik dat de jongen helemaal niet rustig sprak maar eerder (te) zacht. En dat wij aan "plaggenhut" zouden denken als beschrijving van zijn eenvoudige onderkomen. Bevroren modder lijkt me moeilijk verwerkbaar, en slecht houdbaar als het bouwmateriaal wèl smeuïg is. Zou het trouwens wel eens dooien, in Siberië? (Ja, er kan wel honderd graden verschil zijn. Maar de zomers zijn snel voorbij, dat dan weer wel.)

Ik bespeur hier het werk van een haastige en ongeïnteresseerde vertaler, die nog meer te doen heeft. Uit het relaas valt bijvoorbeeld niet op te maken waarom die ouders zijn verdwenen. Of is er iets engs gebeurd, dat kan natuurlijk ook heel goed in Siberië, want zulke dingen gebeuren overal. En wat zijn de middelen van bestaan van zo'n jongen? Hoe moet dat nu verder met hem? Vragen, vragen, ik word er helemaal onrustig van.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten