vrijdag 17 mei 2013

pindakaas

Je steekt heel wat op van de radio, ook vanmorgen weer. De luisteraar had net verteld dat hij zoveel had meegenomen van de spreuk "god is goed, goed is god". De nachtzuster was niet zomaar bereid zijn enthousiasme over te nemen. "Dan kan je net zo goed zeggen appel is fruit, en fruit is appel," vond ze.

Met mijn kleinzoon had ik van de week net Richard Scarry gelezen. Boeken vol met vrolijke tekeningetjes en maffe teksten. We hadden toevallig de aap behandeld die een grote tros bananen gejat had uit de groentenwinkel. De driejarige genoot van de boekbespreking. Jij lust ook bananen, hè? Ben jij ook een aap? Ben je dan een banaan? Nou, hij was geen banaan en ook geen aap. Maar banaan is fruit. En hij vindt bananen lekker.

Pindakaas ook, trouwens. Tot zijn grote plezier zag het mannetje een tijdje geleden op de logeerkamer zomaar twee kleine potjes pindakaas staan. Bedoeld voor emigratie naar Engeland, voor de vriend van zijn tante. Hij pakte ze resoluut bij de dekseltjes op, en ging op weg naar huis. "Wij hebben niet deze kleine pindakaasjes. Ik vind die zo leuk."

Het zag eruit als de schilder die destijds nog even naar ons nieuwbouwhuis gestuurd was. Twee emmers verf, de trap op, de badkamer in. Likje verf aan de afvoerbuis van de wastafel. "Zo, hier zijn we ook weer helemaal klaar." En weg was hij met zijn twee emmers, op weg naar de buren.

De potjes zijn heus wel naar Londen gegaan, een verkleinde versie van de twee potten pindakaas voor Moskou. Die waren het noodrantsoen voor Karel, de broer van Gerard Reve die wel tot zijn dood Van het Reve heeft willen heten. De slavist nam ze mee toen hij voor twee jaar naar Rusland trok als correspondent voor het Parool. In revolutiejaar 1968 kwam hij weer terug. Overmorgen zou hij zijn negentigste verjaardag hebben gevierd.

En wat de kleinzoon betreft: later, toen de winkels weer open waren, heeft hij van zijn moeder zijn kleine potje alsnog gekregen. Jammer genoeg alweer leeg, meldde hij van de week aan de lunchtafel. Zijn oog begerig gericht op de grote pindakaaspot van opa. Het viel hem niet mee. "Een beetje oppig." Met een beetje schrapen lukte het opa hem toch nog tevreden te stellen. Creatief met taal, dat vinden we leuk.



2 opmerkingen:

  1. Het arme knaapje! Fijn om te horen dat-ie toch nog een klein pindakaasje heeft gekregen van zijn moeder. Mijn eerste potje is trouwens pas voor de helft leeg want ik doe zuinig.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hihi, wat een leuke kleinzoon heb je toch.

    BeantwoordenVerwijderen