zaterdag 13 april 2013

man in de war

Een man - laten we hem psycholoog noemen - wordt deze ochtend aan het woord gelaten over het monopolie dat vrouwen hebben om te kunnen moederen. Kinderen moeten zich kunnen hechten aan een vertrouwenspersoon, en de moeders zorgen er wel voor dat de man daar niet aan te pas komt, niet bij de geboorte, niet na de scheiding, laat hij de luisteraars weten.

Tot nog toe hield de wereld dat voor totaal vanzelfsprekend. Op moeders kun je rekenen, als kind. Maar dat is sneu voor de mannen, legt de psycholoog ons uit. Mannen kunnen heus wel wat. Die zouden ook wel willen moederen.
Kinderen hebben vaders nodig om in de lucht gegooid te worden en dan te ervaren dat ze - meestal tenminste - weer veilig worden opgevangen. Van vaders krijgen ze zelfvertrouwen en durf. En dan verwijst de psycholoog naar het onderwijs, waarin vrijwel alleen vrouwen de dienst uitmaken. Dat zorgt er voor dat jongetjes gekneed worden tot brave gehoorzame meisjes. Dat is gemeen, dat is een gemiste kans..

Hij lijkt me een beetje in de war. Waarom zouden vaders moederen, als ze juist moeten vaderen? De moeders moeten toch ook niet opeens met hun kinderen gaan gooien omdat dat zo goed is voor de stress-beleving? En wat is er eigenlijk tegen brave meisjes? Terwijl de psycholoog het vooroordeel over het moederschap probeert te doorbreken schuift hij er andere voor in de plaats.

Maar dat kan ik ook. Was vroeger onderwijs een mannenzaak, sinds we er voor hebben gezorgd dat het een lage status en dus lage beloning garandeert, zijn de mannen uitgeweken naar gewichtiger werk. Ze hebben het zelf bewust uit handen gegeven. Ook in sectoren als de zorg en de gezondheidszorg is er een splitsing der sexen, waarbij de meisjes het slechtbetaalde uitvoerende, vermoeiende en ondankbare werk doen en jongens de veel lucratievere managementfuncties bezetten.

Zo zit de wereld in elkaar, psycholoog. De wereld functioneert met dank aan de meisjes, die zien wat er moet gebeuren om hem draaiend te houden terwijl op de bovenste verdieping vergaderd wordt over de bonussen.  
Maar er zijn lichtpuntjes. Zo ken ik een aardige kleinzoon, nog ongeschoold want anderhalf.  Hij bedacht zelf dat hij zijn ontbijtbordje omhoog kon houden, toen zijn moeder de tafel ging schoonpoetsen. Geruststellend genoeg is hij, net als zijn vader en zijn opa, totaal gefascineerd door treinen. De ideale man.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten