donderdag 13 februari 2014

Hollandse glorie

Alweer een krant met oranje voorpagina. Hoe minder wij kijken, hoe meer medaljes voor Nederland. Maar als ik vraag of de borst van mijn huisgenoot niet toch stilletjes meezwelt met die van de andere Nederlanders, wijst hij dat idee gramstorig af. Ik vermoed: "Er zit zeker nog geen Zeeuw tussen, hé?" Hij bromt terug: "Nee, de dagen van Keetie Hage zijn jammer genoeg voorbij."

Daar heet hij gelijk in. Keetie was wereldkampioen wielrennen toen hij nog op de middelbare school zat en de Russen Tsjechoslowakije binnenvielen. In 1968 dus. Twee titels op de weg, vier op de baan, twintig keer Nederlands kampioen en een werelduurrecord nog in 1978. Twee keer aangewezen als sportvrouw van het jaar. Zeker zo goed dus als Leontien van Moorsel later, bedoel ik maar. Ze is inmiddels bijna pensioengerechtigd,. maar haar betekenis leeft voort in de prijs die jaarlijks wordt uitgereikt aan de beste Nederlandse wielrenster.

Nou zouden we dat natuurlijk allemaal niet geweten hebben, als niet haar neef  naast ons zou komen wonen. Van de week kwam het nieuwe stel een kopje kenismakngsthee halen. Jan hoorde dat zijn nieuwe buurman een Zeeuwse tongval onderhoudt en zelfs met het halve Zeeuwse bloed waar hij zelf over beschikt schept dat toch een band. Sportieve types, onze nieuwe buren, net als hun voorganger en Keetie dol op fietsen. Maar eerst nog even verbouwen. De eerste container met puin is inmiddels afgevoerd, de loze schoorstenen en de verouderde badkuip zijn verwijderd, de dubbele beglazing is binnengebracht. Wat fijn dat (schoon-)vader van aanpakken houdt. Gelukkig pas na half negen 's morgens.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten